Zandputje (Geopora arenicola)
(c) Gosse Haga
Hoewel het zandputje regelmatig in het binnenland gevonden wordt, worden veel waarnemingen van deze soort in de kuststrook (duinen) en de Waddeneilanden gedaan. Dit geldt met name voor Friesland, waar de soort buiten de Waddeneilanden uitermate zeldzaam is.
Bij rijpheid is het komvormige vruchtlichaam verzonken in de zandige of lemige bodem. De binnenkant van het putje is kaal en grijzig, de buitenkant is behaard en met zandkorrels bedekt. De doorsnede van volwassen exemplaren is 1 à 2 cm.
Het zandputje vormt ectomycorrhiza met diverse loofbomen. Zo stond deze soort op Schiermonnikoog (Kapenglop) bij kruipwilg.
Zie ook:(c) Gosse Haga
Verspreidingskaart
Periodiciteit
Het aantal meldingen van Geopora arenicola per decade (periode van tien dagen) vanaf 1980.
ID-kaart | |
---|---|
Wetenschappelijke naam: | Geopora arenicola |
Nederlandse naam: | Zandputje |
Friese naam: | Sânputsje |
Aantal meldingen: | 48 |
Aantal kilometerhokken: | 40 |
Eerste melding: | 29-10-1968, 209-612, Schiermonnikoog, Schiermonnikoog (eiland - conversie IKC) |
Laatste melding: | 18-11-2022, 201-567, Drachten, De Naturij (Maartenswouden) |
Zeldzaamheidsklasse (Frl): | vrij zeldzaam |
In Fries basisregister: | Categorie 4 - Overige aandachtsoort |