Gladharig franjekelkje (Trichopezizella nidulus)
Het gladharig franjekelkje wordt in eerste instantie herkend aan het substraat. Op overjarige stengels van salomonszegel kunnen vooral in het voorjaar deze kleine bekervormige zwammetjes al met het blote oog gezien worden. Met een loupe worden de donkerbruine haren aan de rand van de bekerzwam pas goed zichtbaar.
Hoewel in de literatuur vermeld wordt, dat het gladharig franjekelkje ook op overjarige stengels van andere kruidachtigen gevonden kan worden, is in Friesland alleen de salomonszegel als substraat gemeld. Dit kan er natuurlijk mee te maken hebben, dat alleen stengels van salomonszegel goed onderzocht worden, omdat bij voorbaat al bijna zeker is het franjekelkje aan te treffen.
De verspreiding van dit franjekelkje lijkt dus gebonden te zijn aan de verspreiding van de salomonszegel. De gewone salomonszegel is in Friesland een vrij algemene soort (zie verspreiding salomonszegel). De verspreiding van het het franjekelkje is beperkter, wat er waarschijnlijk vooral mee te maken heeft, dat niet alle gebieden met salomonszegel op dit franjekelkje onderzocht zijn.
Verspreidingskaart
Periodiciteit
ID-kaart | |
---|---|
Wetenschappelijke naam: | Trichopezizella nidulus |
Nederlandse naam: | Gladharig franjekelkje |
Friese naam: | Glêdhierrich franjetsjelkje |
Aantal meldingen: | 122 |
Aantal kilometerhokken: | 61 |
Eerste melding: | 19-05-1996, 211-564, Wijnjewoude, Duurswouderheide |
Laatste melding: | 01-04-2023, 211-564, Wijnjewoude, Duurswouderheide |
Zeldzaamheidsklasse (Frl): | vrij zeldzaam |
In Fries basisregister: | nee |