Menu

19 juli 2021 - Drie nieuwe soorten op een vierkante meter

(c) Sjoerd Greydanus

Omdat er onlangs was gemaaid, hadden we de verwachting in plantsoenen groeiende paddenstoelen te kunnen vinden. Het bleek, echter, dat het gras in korte tijd alweer kniehoog was gegroeid. Daarom werd na een paar minuten besloten om het bos in te gaan, al kostte het een tiental minuten ergens, tussen de brandnetels, nog een begaanbare ingang te kunnen vinden. Uiteindelijk bereikten we dan op een kruising van enkele paden een open plek waar we naar paddenstoelen konden zoeken.

Op de palen die een soort vlondertje vormden, waren de felgekleurde vruchtlichamen van de gewone wimperzwam (Scutellinia scutellata) niet over het hoofd te zien (foto 1). De gewone wimperzwam behoort tot de algemenere soorten in het Leeuwarder bos. Nieuwste inzichten hebben aangetoond, dat de gewone wimperzwam waarschijnlijk in twee verschillende soorten gesplitst moeten worden. De dubbelgangerwimperzwam (Scutellinia crinita) zou dan vooral op vochtig hout van populier,wilg en els groeien, de meest voorkomende houtsoorten in het Leeuwarder bos.

Gelukkig lag er op deze plek voldoende vochtig, dood hout. De platte tonderzwam (Ganoderma lipsiense) voelde zich hier prima thuis en kleurde zijn directe omgeving bruin van de sporen (foto 2).

Daarnaast werden op takken en dunne stammen nog verschillende kleine soorten gevonden. Het verkleurend vlieskelkje (Hymenoscyphus imberbis) dankt zijn naam aan de gemakkelijke roodverkleuring van het bleke vruchtlichaam (foto 3). Deze soort is al een zevental keer in het Leeuwarder bos gevonden. Ook de gele kussentjeszwam (Hypocrea aureoviridis) wordt regelmatig in het Leeuwarder bos aangetroffen (foto 4).

Het rood wasbekertje (Orbilia alnea) daarentegen werd voor de eerste keer in het Leeuwarder bos gezien (foto 5). De kleur van dit wasbekertje neigt meer naar een licht oranjerood. Wasbekertje zijn lastig van elkaar te onderscheiden, en altijd moet de microscoop daarbij gebruikt worden. Het rood wasbekertje onderscheidt zich door de relatieve korte, min of meer elliptische sporen.

Daarnaast werden weer zoveel mogelijk korstzwammen verzameld, waarvan de meeste wit waren en dus op het oog allemaal gelijk. Al sinds de start van het project worden de korstzwammen door Bregtje Miedema gedetermineerd, en het is elke keer weer een verrassing om welke soorten het gaat. Dit keer was de oogst boven verwachting.

Het poederig dwergkorstje (Trechispora stevensonii) is een nieuwe soort voor het Leeuwarder bos. Het vruchtlichaam bestaat uit kleine, poederige pegeltjes. De andere witgekleurde soort is zelfs nieuw voor Friesland. Het ruwharig elfendoekje (Gyrophanopsis polonensis) heeft een voorkeur voor elzenbroekbossen. In het noorden van Nederland is deze tot nu toe alleen nog bekend van twee vindplekken in Groningen.

Met drie nieuwe soorten staat de teller van het Leeuwarder bos nu op 382.

Enkele waargenomen soorten...

Statistiek
Kilometerhok: 183-582
Aantal soorten: 18
Nieuw voor kilometerhok: 4
Nieuw voor Leeuwarder bos: 3