Menu

15 december 2024 - Twijzelermieden (Twijzel)

(c) Sjoerd Greydanus

Op de enigszins verhoogde, met steengruis verharde parkeerplaats was nog net genoeg plaats voor vier auto's, zodat ze niet in de naastgelegen modderige plassen hoefden te staan en nog enigszins schoon bleven. Dat laatste gold niet voor de zes deelnemers aan de excursie. Zij moesten eerst door een modderpoel waden, voordat ze het broekbosje hadden bereikt.

Gelukkig zijn er paddenstoelen die direct opvallen en zo de motivatie om in nattigheid verder te zoeken in stand houden. Het witte papierzwammetje (Byssomerulius corium) was zondermeer de opvallendste en daardoor ook meest waargenomen soort van de excursie. Het overdekte vooral veel op de grond liggende, dunne takken (foto 1). Het papierzwammetje is een houtzwam die tot eind april gevonden kan worden en in geheel Friesland verspreid voorkomt.

De andere houtzwam die overal in de Twijzelermieden voorkwam, was de waaierkorstzwam (Stereum subtomentosum) (foto 2). Ook deze houtzwam kan zich breed over het substraat uitwaaieren, maar dan over dikkere takken en op de bodem liggende stammen. Vroeger waren vochtige bosjes als de Twijzelermieden het kenmerkende milieu voor de waaierkorstzwam, maar deze soort heeft zich zo uitgebreid, dat hij eigenlijk overal waar dood hout ligt aangetroffen kan worden, dus ook in de bossen op de zandgronden.

Gelukkig kwamen al snel ook plaatjeszwammen aan het licht. In het strooisel stonden veel mycena's, maar alle sterk doorweekt en daardoor enigszins papperig. Mycena's die het hogerop hadden gezocht, waren duidelijker herkenbaar, zoals bijvoorbeeld de suikermycena (Mycena adscendens) op schors van bomen of op boven de plassen liggende stammen (foto 3). Op zo'n stam had ook de gewone wimperzwam (Scutellinia scutellata) een plek gevonden (foto 4).

Dankzij de miezerige motregen bleef de sierlijke franjehoed (Psathyrella corrugis) vochtig genoeg om de bruine tinten in de hoed te behouden (foto 5). Deze sterk hygrofane soort verbleekt onder droge omstandigheden al heel snel tot een fletse, bleke geelachtige kleur. Microscopisch kenmerkt deze soort zich door grote sporen en enigszins smalle pleurocystiden met een spitse top.

De groene schelpzwam (Sarcomyxa serotina) is een soort die in de wintermaanden volop aanwezig is (foto 6). In jonge en verse toestand kenmerkt de typische groene kleur de soort. Op den duur blijven slecht nog enige groene tinten in de bruingrijze vruchtlichamen over. De groene schelpzwam groeit het meest op dood hout in allerlei type milieus, van de bossen op de zandgronden als in vochtige broekachtige bossen. Eik en berk zijn de meest gemelde waardbomen.

Zoals de naam al zegt gaat de voorkeur van de elzenweerschijnzwam (Mensularia radiata) naar elzen uit. Maar ook op berk wordt deze soort vaak gemeld. Doordat deze houtzwam vaak dakpansgewijs in een lange rij aan stammen groeit, is ze een fraaie verschijning (foto 7).

Tijdens deze excursie werden alleen algemene soorten genoteerd. Acht soorten waren nog niet eerder in de Twijzelermieden gevonden. Een klein succes van deze excursie is, dat daardoor nu honderd soorten in het betreffende kilometerhok geregistreerd zijn.

Enkele waargenomen soorten...

Statistiek
Peildatum: 15 december 2024
Kilometerhok: 203-583
Aantal deelnemers: 6
Aantal soorten excursie: 30
Nieuw voor kilometerhok: 8
Totaal kilometerhok: 100