Menu

08 maart 2025 - Stienzer bosk (Stiens)

(c) Sjoerd Greydanus

Warme kleding zou voor deze excursie niet nodig zijn. Volgens de voorspelling zou de temperatuur tot zomerse waarden gaan oplopen, en toen de vier deelnemers zich bij het Stienzer bos hadden verzameld, scheen de zon al volop. De voorafgaande warme en droge periode had duidelijk zichtbare gevolgen in het bos gehad. Was een maand geleden het bos nog vrij drassig geweest, nu hoefden de laarzen niet aan. De vruchtlichamen van de eerste waargenomen soort, het elfenbankje (Trametes versicolor) waren tot een paar armetierige schijfjes verschrompeld.

De onderzijde van op de bodem liggend hout was gelukkig nog wel vochtig genoeg voor paddenstoelen. Half verborgen onder schorsresten vielen de verse witte kelkjes van het kortharig franjekelkje (Lachnum brevipilosum) direct op. Met druppeltje tussen de haren zijn franjekelkjes altijd bijzonder fraai. Het kortharig franjekelkje is nog vrij zeldzaam in Friesland, maar dat heeft vooral te maken met hun verborgen leefwijze (foto 1).

Het gewoon fluweelpootje (Flammulina velutipes) houdt het altijd wel vol tot aan het begin van de lente. In de lente heeft het meer last van slakkenvraat dan van de weersomstandigheden. Het fluweelpootjes is zeer variabel in zijn verschijningsvorm. Soms groeit het in dichte groepen, dan weer staat het alleen. Het kan op grond liggende takken groeien, of het bedekt de laatste resten van stobben. Dat maakt, dat het vinden van een fluweelpootje nooit verveelt (foto 2).

De realtief taaie vruchtlichamen van de winterhoutzwam (Polyporus brumalis) zijn beter bestand tegen droogte. In de overgang van de lente is het raadzaam om naar de onderzijde van deze houtzammen te kijken. Deze exemplaren hadden de grote, kenmerkende poriën van de winterhoutzwam. Als de poriën nauwelijks met het blote oog waarneembaar zijn, gaat het om de vroege houtzwam (Plyporus ciliatus) (foto 3 en 4).

Het vele dode hout leverde tijdens deze excursie vooral veel korstzwammen op. Tijdens excursies ontbreken nooit Peniophora-soorten, en ook nu werden weer de berijpte schorszwam (Peniophora lycii) en de oranjerode schorszwam (Peniophora incarnata) gevonden. Gelukkig kwamen in het bos ook zeldzame en minder algemene korstzwammen voor, zoals de kalktandjeszwam (Hyphodermella corrugata). De kalktandjeszwam is een kenmerkende soort van wilgenvloedbossen en is zeldzaam in Nederland. In het normaliter vochtige bos met veel els heeft deze korstzwam een geschikt biotoop gevonden.

Ook het muizentandkorstje (Hyphodontia gossypina) is in Nederland zeldzaam. De soort kenmerkt zich door de dichtopeenstaande, kleine uitsteeksels. Het muizentandkorstje kan op verschillende loofbomen voorkomen. Hier had het korstje een afgevallen tak grotendeels overdekt (foto 5).

De kleine, ronde vruchtlichamen van de gladde kogelzwam (Hypoxylon fuscum) kwamen her en der op takken voor. De gladde kogelzwam heeft een voorkeur voor els en hazelaar (foto 6).

Ook in het Stienzer bos is een klein perceel met beuken aangeplant. Waar beuken staan, is de beukendopgeweizwam (Xylaria carpophila) meestal wel te vinden. Na enig zoeken onder de bladeren werden al gauw een paar van deze geweizwammen gevonden, weliswaar nog klein, maar met een opvallend wit groeipuntje (foto 7).

Van de zeven-en-twintig gevonden soorten bleken twintig nieuw voor het kilometerhok te zijn. Het aantal soorten in het Stienzer bosk nadert daardoor de honderd soorten. Een volgende excursie met gunstiger omstandigheden zal ongetwijfeld tot dit aantal leiden.

Enkele waargenomen soorten...

Statistiek
Peildatum: 8 maart 2025
Kilometerhok: 180-586
Aantal deelnemers: 4
Aantal soorten excursie: 27
Nieuw voor kilometerhok: 20
Totaal kilometerhok: 83