Al voordat de excursie was begonnen, was er een record gevestigd. Nog niet eerder in 2024 bezochten twaalf deelnemers een excursie. Hoewel de paddenstoelen enigszins op hun retour leken, gingen de deelnemers optimistisch op pad, want met zoveel ogen zou er ongetwijfeld veel gevonden worden. Langzamerhand waaierde de groep uiteen en werden vanuit alle richtingen de eerste namen geroepen.
Eén van de eerste mooie vondsten was de kurkstrookzwam (Antrodia serialis) (foto 1). Een op de grond liggende stam was voor een groot deel met deze zwam bedekt. De kurkstrookzwam is een afbreker van naaldhout, en komt in Friesland dan ook vooral voor in de gemengde bossen van Zuidoost-Friesland. Op de Waddeneilanden lijkt de kurkstoomzwam nauwelijks (of niet meer) voor te komen. Alleen op Vlieland en Schiermonnikoog zijn er meldingen uit de vorige eeuw.
Op de plaatsen waar een bijzondere soort staat, komt de groep vaak weer bijeen, met als gevolg dat er in de buurt intensiever gezocht wordt. Al gauw kwam een takje tevoorschijn met enkele, zeer kleine, zijdelings aangehechte en donkergrijze paddenstoeltjes. Soorten uit de familie van de oorzwammetjes (Crepidotus) zijn licht van kleur. Deze donkere soorten behoren tot de dwergoortjes (Resupinatus). Het harige dwergoortje (Resupinatus trichotis) heeft zijn naam te danken aan het harig toefje aan de zijde van de aanhechting (foto 2).
Veel bekijks trok de bepoederde rupsendoder (Isaria farinosa). Voor wie weet waar deze soort gevonden kan worden, is het bijna altijd een trefzekere vondst. De bepoederde rupsendoder parasiteert op rupsen en komt tevoorschijn als de rups zich in de grond verpopt. De kleine witte vruchtlichamen zijn het gemakkelijkst te vinden onder eiken, mogelijk omdat ze vooral op eikenspanners parasiteren (foto 3).
Een andere parasiterende soort is de kostgangersboleet (Pseudoboletus parasiticus). Deze op de gele aardappelbovist (Scleroderma citrinum) groeiende paddenstoel lijkt in 2024 een goed jaar te hebben. De kostgangersboleet heeft zijn piek in de maand oktober. Deze exemplaren lijken de laatste te zijn van diens groeiseizoen, en zo zagen ze er ook uit (foto 4).
Waar de bomen hun bladeren laten vallen, komen al gauw de bladverterende paddenstoelen tevoorschijn. Voor beukenbladeren is dat de kleine beukenbladmycena (Mycena capillaris). Het tere, dunne paddenstoeltje valt vooral op door zijn massaliteit. Wie een beetje door de afgevallen bladeren onder de beuk woelt, vindt al snel bladeren die soms in hun geheel met deze mycena zijn begroeid (foto 5).
Een gemengd bos met veel dood hout is een paradijs voor hout- en korstzwamspecialisten. Op de lijst prijken dan ook een groot aantal hout- en korstzwammen. Het rondsporig elfendoekje (Hypochnicium erikssonii) werd op een drietal plekken aangetroffen. Het rondsporig elfendoekje was nog niet eerder in Friesland geregistreerd. Ook in Nederland is dit een zeer zeldzame soort, met slechts nog een zestal vindplaatsen.
Een andere zeldzame korstzwam was de smalsporige tandjeszwam (Hyphodontia alutacea). Het vruchtlichaam van deze soort bestaat uit korte tandjes. De smalsporige tandjeszwam is ook een soort die op naaldhout voorkomt.
Andere houtafbrekers waren het geel hoorntje (Calocera cornea) (foto 6) en de paarse knoopzwam (Ascocoryne sarcoides) (foto 7). Beide soorten kwamen massaal voor op verterende stammen van beuken.
Na twee uur begon bij veel deelnemers de vermoeidheid toe te slaan. Toch werd niet gestopt, en gingen de overgebleven deelnemers nog naar een ander gedeelte. Een goede keuze, want hier werden nog enkele leuke soorten gevonden, waaronder de groene glibberzwam (Leotia lubrica) (foto 8). Voor velen is de groene glibberzwam geen alledaagse vondst, en daarmee was het een prachtige afsluiter van een soortenrijke excursie.
Enkele waargenomen soorten...
Statistiek | |
---|---|
Peildatum: | 9 november 2024 |
Kilometerhok: | 211-565 |
Aantal deelnemers: | 12 |
Aantal soorten excursie: | 96 |
Nieuw voor kilometerhok: | 19 |
Totaal kilometerhok: | 339 |